Eerste Kamer neemt Uitvoeringswet dataverordening aan
De Uitvoeringswet Dataverordening is op 28 oktober 2025 als hamerstuk aangenomen door de Eerste Kamer. Deze wet regelt de uitvoering van EU-Verordening 2023/2854 – beter bekend als de Dataverordening – die vanaf 12 september 2025 van toepassing is in de Europese Unie. De verordening bevat regels voor eerlijke toegang tot en gebruik van data binnen de interne markt.
Tot nu toe lag de macht over data voornamelijk bij een beperkte groep grote bedrijven die gebruikersgegevens verzamelen en daar (aandeelhouders)waarde mee creëren. Met deze wetgeving worden obstakels voor toegang tot gegevens weggenomen en worden de rechten om data te gebruiken evenwichtiger verdeeld tussen private en publieke partijen. Personen en organisaties krijgen meer controle over het gebruik van hun gegevens, zodat ook zij kunnen profiteren van de waarde die daaruit voortvloeit.
De nieuwe regels moeten leiden tot een eerlijkere verdeling van datavoordelen, meer innovatie, betere concurrentie in de markt voor dataverwerkingsdiensten en meer kansen voor het mkb. Daarnaast bepaalt de wet onder welke voorwaarden overheidsinstanties in uitzonderlijke situaties toegang kunnen krijgen tot bedrijfsdata.
De Uitvoeringswet draagt zo bij aan een transparante, veilige en goed functionerende data-economie, waarin fundamentele rechten zoals privacy en de bescherming van bedrijfsgeheimen zijn gewaarborgd. De verordening geldt alleen voor Europees Nederland en is niet van toepassing op de BES-eilanden. Voor het toezicht en de handhaving worden de Autoriteit Consument en Markt (ACM) en de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) als bevoegde autoriteiten aangewezen.