Microsoft introduceert eigen AI-modellen naast samenwerking met OpenAI
Microsoft heeft twee zelfontwikkelde AI-modellen gepresenteerd onder de naam MAI. Het gaat om een taalmodel (MAI-1-preview) en een spraakmodel (MAI-Voice-1). Daarmee breidt Microsoft zijn AI-aanbod uit, terwijl de samenwerking met OpenAI onverminderd voortduurt. De stap laat zien dat Microsoft naast de modellen van partners ook eigen technologie inzet, met nadruk op efficiëntie en gebruiksvriendelijke toepassingen.
MAI-Voice-1: expressieve spraak
Het eerste model, MAI-Voice-1, genereert natuurlijke en expressieve audio en ondersteunt zowel enkele als meerdere sprekers. Het wordt al gebruikt in Copilot Daily en in de Podcasts-functie, en is daarnaast beschikbaar in Copilot Labs, waar gebruikers zelf met stemmen en spraakopdrachten kunnen experimenteren.
Een opvallend kenmerk: het model kan een minuut audio genereren in minder dan een seconde op één enkele GPU. Dat wijst op een hoge mate van efficiëntie, zeker vergeleken met de rekenkracht die vaak nodig is voor spraaktoepassingen.
MAI-1-preview: taalmodel voor Copilot
Het tweede model, MAI-1-preview, is een taalmodel dat specifiek is ontwikkeld om Copilot te ondersteunen. Microsoft trainde het op ongeveer 15.000 NVIDIA H100 GPU’s, de meest krachtige AI-chips van dit moment. Het model is geoptimaliseerd voor alledaags gebruik: instructies opvolgen en bruikbare antwoorden geven op vragen van consumenten.
MAI-1-preview wordt de komende weken stapsgewijs uitgerold in bepaalde tekstfuncties van Copilot. Gebruikers zullen die verbeteringen dus direct ervaren in bestaande toepassingen.
Strategie: aanvulling, geen vervanging
Microsoft benadrukt dat het blijft werken met een mix van modellen: eigen technologie, de modellen van OpenAI en oplossingen uit de open-source community. Het doel is steeds het beste model te kiezen voor een specifieke toepassing.
De introductie van MAI-1 en MAI-Voice-1 betekent dus géén breuk met OpenAI, maar een verbreding van Microsofts AI-strategie. Zo houdt het bedrijf meer grip op prestaties en efficiëntie, en kan het sneller inspelen op specifieke gebruiksscenario’s.
Wat betekent dit voor de praktijk?
Voor gebruikers – ook in de juridische sector – verandert er op korte termijn weinig. Copilot blijft dezelfde functies aanbieden, maar sommige onderdelen draaien nu op Microsofts eigen modellen in plaats van alleen op die van OpenAI.
Op de langere termijn kan dit leiden tot:
meer efficiëntie bij het draaien van modellen (minder rekenkracht, lagere kosten);
betere afstemming op specifieke taken zoals spraakinteractie of instructie-opvolging;
meer stabiliteit, doordat Microsoft niet volledig afhankelijk is van externe leveranciers.
Conclusie
Met de introductie van MAI-1-preview en MAI-Voice-1 laat Microsoft zien dat het inzet op een hybride strategie: samenwerking met OpenAI blijft centraal staan, maar eigen modellen krijgen een grotere rol. Voor professionals betekent dit een stap richting meer gespecialiseerde en efficiënte AI-toepassingen, zonder dat bestaande functies verdwijnen.